Vraag het in het atelier van Augustijns rond en je hoort één naam die steevast met vakmanschap wordt gelinkt: Wim. Al 21 jaar lang sleutelt hij aan de afwerking van meubels die generaties meegaan. Van verstek tot oplijming en de gekste ‘speciallekes’ – Wim draait er zijn hand niet voor om. Tijd voor een babbel over hout, passie en de kunst van de perfectie.

Wanneer is die liefde voor hout eigenlijk begonnen?
“Van kleins af aan,” zegt Wim. “Mijn vader is ook schrijnwerker, dus ik ben er gewoon wat mee ingegroeid. Hij zat meer in ramen en deuren, ik wilde iets creatiever doen. Hier bij Augustijns kun je veel meer je eigen ding maken. Dat trok me wel aan.”
In het middelbaar proefde hij voor het eerst van houtbewerking, eerst nog wat algemeen, maar al snel koos hij voor een specialisatiejaar in de houtstiel. “Hout is gewoon een warm, zacht materiaal. Je voelt het verschil.”
Wat maakt hout voor jou zo bijzonder?
“Het leeft,” zegt hij. “En elke houtsoort heeft z’n eigen karakter. Wij werken hier veel met plaatmateriaal, wat iets technischer is. Je moet weten hoe je het aanpakt – dat hangt ook af van wat de klant wil.”
Zijn favoriet? Zonder twijfel eik. “Dat straalt gewoon klasse uit. Het is wat duurder, maar je merkt het in de kwaliteit en uitstraling.”

En wat zijn de grootste uitdagingen in je werk?
Wim denkt even na. “Verstekken zagen, alles mooi laten aansluiten. Het zijn vaak simpele dingen, maar het moet kloppen tot in de details. Dáár zit de voldoening voor mij: dat het eindresultaat gewoon helemaal juist zit.”
Zet jij ergens echt je stempel op in het atelier?
“Ja, bepaalde methodes geef ik ook door aan de collega’s. Bijvoorbeeld hoe je een kast maakt onder een schuin dak, of hoe je ronde stukken mooi verwerkt – die komen trouwens steeds vaker terug, echt leuk om te doen.”
Hij lacht. “Maar ik leer evengoed van hen. De jongere gasten komen soms net van school en zien dingen anders. Dat houdt iedereen scherp.”

Welk project is je echt bijgebleven?
“Grote maatwerkprojecten met veel verstekken. Dat zijn puzzels waar alles moet passen. We zien het eindresultaat vaak pas achteraf op foto’s, maar dan zie je dat het klopt. Dat alles mooi gealigneerd is… Daar ben ik wel fier op.”
En hoe voelt dat dan, weten dat wat jij maakt misschien wel tientallen jaren in iemands huis staat?
“Dat is plezant, hè. Zeker als je achteraf reacties of reviews ziet van tevreden klanten. Er zijn al heel wat keukens door mijn handen gegaan. Het is fijn dat het goeie werk steeds meer in de verf wordt gezet.”

Wat is voor jou het verschil tussen gewoon een meubel en écht vakmanschap?
“De kwaliteit, natuurlijk. Ga eens vergelijken met een standaardkast – dan zie je meteen het verschil. In het materiaal, de dikte, de afwerking… Je voelt dat gewoon.”
Hoe blijf jij jezelf uitdagen?
“Door elke dag dezelfde kwaliteit te willen afleveren. En door te blijven bijleren van mijn collega’s. Je moet alert blijven, niet beginnen slabakken.”
En wat wil je dat mensen voelen als ze een stuk aanraken dat jij hebt afgewerkt?
“Dat ze content zijn, punt. Dat het goed zit, duurzaam is, en dat ze er elke dag plezier aan beleven. Meer moet dat niet zijn.”

Ons werkhuis bezoeken?
Zin om zelf eens te zien waar en hoe die passie tot leven komt? Maak een afspraak voor een atelierbezoek. De geur van hout, het gezoem van de machines en de passie van onze vakmensen krijg je er zomaar bij.
